afb.
Tussen 3 april 2001 en 11 mei 2001 en tussen 28 januari 2002 en 12 februari 2002 is archeologisch onderzoek uitgevoerd op de locatie Kruisbroedershekel aan de Spinhuiswal en Parklaan te 's-Hertogenbosch. Aanleiding was het voornemen om in het kader van de restauratie van de vestingwerken een nieuwe Diezetak te graven tussen de Kerkstroom net binnen de Kruisbroedershekel en de stadsgracht (afbeelding 1.2). De reden hiervoor was dat de Kruisbroedershekel te klein is om met rondvaartboten te passeren. Om rondvaarten toch mogelijk te maken zonder de bestaande Kruisbroedershekel te verbreden was een nieuwe waterloop voorzien. Het tracé hiervan zou de oude (14de eeuwse) stadsmuur en de muur rond de derde uitleg (waarschijnlijk 15de eeuws) doorsnijden. Normaal gesproken wordt voorafgaand aan de planvorming bij de restauratie van de vestingwerken een archeologisch onderzoek uitgevoerd zodat de resultaten hiervan verwerkt kunnen worden in de restauratieplannen. In dit geval echter was vooronderzoek niet mogelijk aangezien de locatie grotendeels onder de bestaande, zeer drukke rijweg is gelegen. In de plannen, die bij aanvang van het onderzoek reeds grotendeels waren uitgewerkt, bestond het idee om de doorbraak door de 14de eeuwse muur zodanig vorm te geven dat men onder een grondboog of weergangsboog door kon varen waarbij de plaats van de oude muur zichtbaar gemaakt zou worden. Om het exacte verloop van de muur en de plaats van de kolommen en bogen vast te stellen was een archeologisch onderzoek nodig. Het onderzoek had een verkennend karakter en er zou niet dieper gegraven worden dan noodzakelijk om de vraagstellingen te beantwoorden. De resultaten van het onderzoek waren zodanig dat al gedurende de eerste fase van het onderzoek besloten is om de bouwplannen aan te passen zodat delen van de onderzochte resten gehandhaafd zouden kunnen worden. Na het onderzoek heeft het nog geruime tijd geduurd voordat de bouwwerkzaamheden konden beginnen en de tweede fase van het onderzoek uitgevoerd kon worden. | 3 |
Het onderzoek vond plaats in het kader van de restauratie van de vestingwerken. Het werd uitgevoerd door medewerkers van het bureau voor Bouwhistorie, Archeologie, Architectuur- en Cultuurhistorie (BAAC) onder opgravingsbevoegdheid en toezicht van de afdeling Bouwhistorie Archeologie en Monumenten (BAM) van de Gemeente 's-Hertogenbosch (afbeelding 1.1). | 4 |
2005 |
drs. R.J.M. van Genabeek's-Hertogenbosch : KruisbroedershekelBAAC-rapport 04.019 | december 2005 | ISBN 90-5985-435-7 |